Hoi Kees,

Dank voor je laatste ‘brief’ aan mij. Laat ik beginnen met een heftig antwoord te geven op jouw slotzin, die luidde: ‘Laat me jou en jouw team een succesrijke competitie toewensen’. Die wens zal slechts deels aan mij en mijn ploeg besteed zijn. Want ik zal als (mede)speler en als aanvoerder deze voorjaarscompetitie niet volmaken. Vanaf begin mei verlaten mijn huisgenoten en ik deze regio (en ik deze tennisclub) om ons in Groesbeek te vestigen. Dit zat er al een tijdje aan te komen, maar dreigt nu wel erg definitieve vormen aan te nemen. 

Dat hoeft overigens nog geen einde aan onze correspondentie te betekenen. Zolang die ons boeit - wij zijn per slot van rekening zo’n beetje de enige kennisnemers van deze toch veelal uitermate interessante stof - gaan we wat mij betreft door. De digitale snelweg is simpel te berijden, nietwaar? Daarvoor is persoonlijk en lijfelijk contact niet direct vereist.

Ja, en dan die foto’s op de HTC-site. Ik begrijp jouw scepsis over de manier waarop de betreffende fotografen allerlei activiteiten op en rond de tennisclub in beeld hebben gebracht. Jouw oordeel weegt zwaar: jij hebt - weet ik - in elk geval veel betere apparatuur dan de gemiddelde plaatjesschieter. Waarom ik nu moet denken aan die biljartende oom, die altijd in de allerlaagste klasse acteerde, maar wel de beste keu en het mooiste vestje had, daar weet ik even geen raad mee. Maar dit terzijde. Over die portrettengalerij bij de bestuurs- en commissiefuncties valt inderdaad het nodige aan te merken. Het zijn in veel gevallen jeugdfoto’s, en dat valt bij lang niet iedereen positief uit. En waarom iemand in opperste wijsheid heeft besloten mij van een van mijn handelskenmerken te ontdoen, het zij hem of haar vergeven. Bovendien word ik door mijn vertrek binnenkort toch uit die galerij gesloopt, dus daar hoeven we ons niet meer druk over te maken.

Wat mij wel verbaast is het feit dat met name jij over de ‘staat’ van de portretten valt. Jij, die op je spelerspasje nog immer staat afgebeeld met een kop, waarmee je zo’n dertig jaar  geleden als oudere jongere parmantig rondliep. Ik kan je nu wel verklappen, dat dit de ware reden is, waarom ik de afgelopen seizoenen nooit jouw spelerspasje aan de  aanvoerder van de tegenpartij heb overhandigd. Ik ontliep op die manier slinks een pijnlijke situatie, waarbij de tegenpartij mij van valsheid in geschrifte zou hebben beticht. Want als ik had gezegd dat die C.J.A. Vingerhoets dezelfde figuur was, die zich kort tevoren zo vriendelijk - als altijd - als Kees had voorgesteld, dan was mijn stellige bewering ongetwijfeld weggehoond.

Mijn vertrek betekent tevens, dat onze jarenlange samenwerking op de tennisbaan, maar niet alleen op dat terrein, ten einde loopt. Jammer wellicht voor onze mogelijke tegenstanders bij het herendubbel tijdens de clubkampioenschappen, voor wie wij geregeld als kanonnenvoer mochten fungeren. Jammer ook voor onze vrijdagavondploeg, waarbij wij nog slechts eenmaal (op 21 april) op ons park als duo zijn te bewonderen. Maar vooral jammer voor onszelf, mag ik hopen.

 

Groeten,

Gerard.

Hoi Kees, dag Gerard Overzicht