Wel leuk: versprekingen

 

Hoi Kees,

In jouw laatste brief aan mij trok je onder meer de conclusie dat mijn persoon, behorend tot wat voor lettercombinatiegroep dan ook, mannen, althans wandelende mannen, aantrekt. Of dat ik wellicht een mens ben met een ongemakkelijk deel van het alfabet aan mijn karakter. En dat veronderstelde jij allemaal omdat je redelijk wanhopig bent (geworden) van al die afkortingen in het hedendaagse Nederlandse taalgebruik.

Laat ik ter beantwoording eerst maar eens beginnen met het door jou gebruikte begrip een MENS. Dat roept meteen al volop verwarring op. Velen vinden het een mooi woord, beter dan de meer sektarische termen man, vrouw, manvrouw enzovoorts. Maar verander het onbepaalde lidwoord EEN ‘ns in een bepaald lidwoord, dan heb je de poppen prompt aan het dansen. DE mens klinkt eenieder positief in de oren, maar HET mens wil niemand genoemd worden, of je moet een enorme hekel aan jezelf hebben...

Wat die afkortingen betreft, ik heb er een geweldige hekel aan. Met name ook omdat ze vaak worden gebruikt om mensen een stempel op te drukken. Het staat lelijk, het klinkt lelijk, ik vind het lelijk, kortom het is lelijk. QED zou ik bijna zeggen. Nederland is kampioen in het benoemen van wetten, instanties, verenigingen via een afkortingenlettercombinatie.  Nergens ter wereld worden, voorzover ik weet, zoveel (sport)clubs met afkortingen aangeduid. 

HTC is daarop geen uitzondering. Het schept alleen maar verwarring: komt die club uit Havelte, Hazerswoude, Heemstede, Hoevelaken, Haarlem, Hoograven? Makkelijk zo’n afkorting, hoor ik als tegenargument. Clubnamen, vaak ontsproten aan vindingrijke of moraalridderende geesten. D.O.S. (zowel met als zonder puntjes) staat in grote delen van ons land voor Door Oefening Sterk. Of het nu gaat over verenigingen van biljartende, voetballende, gymnastiekende, korfballende of wat voor sportbeoefenende medemensen dan ook. Die afkortingen geven anderen weer de mogelijkheid grappig te willen zijn en met die letters te spelen. De voetbalclub R.U.C. die vroeger in de omgeving van mijn ouderlijk  huis speelde, heette al heel snel Rotte Uien Combinatie. En K.D.S., wat stond voor Krachtig Door Samenwerking, ging vanwege de godsdienstige achtergrond steevast als Katholieke Dood Schoppers door het leven. Overigens schroomden medestadsbewoners uit Utrecht niet ook een club met een ‘gewone‘ naam zoals Velox (Latijn voor snelheid) te omschrijven als Vele Ezels Lopen Op X-benen. En dat voor een vereniging waar Willem van Hanegem (‘De Kromme’ voor kenners) zijn grootse carrière begon.

Nee, ik zou het motief om met afkortingen te werken niet als ‘voor het gemak‘ omschrijven. Ik zou het eerder gemakzucht, zelfs luiheid noemen. Overigens een manier van uitdrukken die in het dagelijks leven steeds meer toeneemt. De journaallezer heeft het bijna altijd over het OMT, als het over corona gaat. En dan moet iedereen maar weten dat die term het Outbreak Management Team betreft. Trouwens, waarom hebben we daar geen behoorlijk Nederland woord voor? Maar dat is weer een andere kwestie, waarop we ons een volgende  keer kunnen storten.

Ik plezier me liever met een andere taalzaak: versprekingen. Versprekingen, ik blijf het een heerlijk vermaak vinden. Soms leedvermaak, maar dat mag de pret niet drukken. Laatst genoot ik weer eens om een aankondiging van sportpresentator Herman van der Zandt op tv, sorry televisie. ,,En dan Feyenoord. Het won afgelopen weekend van Willem II. En nog meer goed nieuws uit de Kuip: keeper Vincent Bijlo verlengt zijn contract met vier jaar.’’ Die voornaam zal ongetwijfeld niet op zijn autocue hebben gestaan. Of hij sprak die tekst losjesweg helemaal uit het blote hoofd uit. Van der Zandt zal Justin Bijlow hebben bedoeld. Want met Vincent als sluitstuk van de verdediging win je vast en zeker de oorlog niet. Die bijna-achternaamgenoot van Bijlow is vanaf zijn geboorte al blind...

Ik heb ooit samen met cabaretier Vincent Bijlo in stadion Galgenwaard op de eretribune gezeten bij een duel van FC Utrecht tegen AZ, een fusienaam van de clubs Alkmaar ’54 en FC Zaanstreek. Het leek de leiding van de krant een aardig idee om met een aantal vaste columnisten een middagje FC Utrecht te beleven. Ik was toentertijd Vincents eindredacteur. Aan mij de taak hem rechtstreeks verslag te geven van wat hij niet zag. Ik begreep dat ik dat naar behoren had gedaan, gezien zijn reactie tijdens en na de voetbalwedstrijd. Alleen mijn andere rechtstreekse buurman op de tribune was wat minder te spreken over mijn enthousiast uitgestoten woordenstroom. Die collega heeft me naderhand vele malen vervloekt om mijn pogingen vooral heel volledig verslag te doen van wat er zich allemaal in dat stadion afspeelde. Eigenlijk had ik hier buurman met een hoofdletter B moeten tikken, want mijn collega voert vanaf zijn geboorte al die naam, hem door zijn ouders gratis meegegeven. En dat hij ook nog luistert naar de voornaam Ruud, dat kun je hem eveneens niet kwalijk nemen. 

Trouwens, ondertitelaars op televisie kunnen er soms ook wat van. Ze moeten vaak snel en als het even kan accuraat rechtstreeks meetikken. Maar dat gold niet voor het volgende onderwerp dat al ruim voor de deadline was gemonteerd. In plaats van ‘dat kost vele miljarden’ verstond hij of zij ‘bejaarden’ en tikte dat op, wat de eindredacteur kennelijk niet was opgevallen. Als dat al diens taak was. 

Mijn taak zit er nu even op. Ik leg - eigentijds - mijn pen neer, voordat je mij als een (oude) zeurpiet gaat zien. Misschien een aanknopingspunt voor de komende briefwisseling, tzt.

Groeten,

Gerard.

     

 

   

Nieuws Overzicht